Bron: De Stadsbron
Pakt de gemeenteraad de regie of houden burgemeester en wethouders de vrije hand in het afhandelen van de zaak-Vahstal? Met twee geslepen geformuleerde moties zet een deel van de oppositie dinsdagavond 16 februari politiek Amersfoort voor het blok.
De tekst van de eerste motie vraagt eerst om informatie, dan een planning en bindt vervolgens de boeien om: ‘Vanaf heden geen besluit meer te nemen in het vervolgtraject van dit geschil dan nadat de raad in de gelegenheid is gesteld zijn wensen en bedenkingen ter kennis van het college te brengen volgens artikel 169 lid 4 van de gemeentewet.’
De raad gelegenheid geven om mee te praten klinkt logisch, zeker in een politieke arena waar de spelers streven naar eensgezindheid. Maar de praktijk is anders. Gemeenteraadsfracties werden de afgelopen jaren wel geïnformeerd over de slepende conflicten met bouwer en ontwikkelaar Vahstal, maar namen niet de gelegenheid om de koers van de gemeente te wijzigen. Dat was ook lastig, want eenmaal aangespannen procedures moesten hun loop hebben, waarbij de uitgewisselde standpunten grotendeels buiten het zicht van media en politiek bleven.
Vrije beslissing
Nu de arbiters na vijf jaar een eindbeslissing hebben genomen, is er wel iets te kiezen:
1. Gaat de stad de uitspraak aanvechten bij een nieuwe rechter of accepteert Amersfoort dat schadevergoeding niet langer te vermijden valt?
2. Volgt er overleg met Vahstal om een afspraak te maken over de hoogte van de schadevergoeding?
3. Of komt er over de hoogte van de schadevergoeding opnieuw een langdurige procedure?
De gemeentewet is duidelijk: het college van burgemeester en wethouders is vrij om hierover te beslissen. Het is netjes en fatsoenlijk om de raad te informeren, maar het besluit hoeft niet te worden voorgelegd voor instemming, blijkt uit artikel 160 over de bevoegdheden van het college. Tenzij de gemeenteraad zelf de grens stelt, zoals beschreven in artikel 169 lid 4 van de gemeentewet.
Wethouders houden er niet van tegen zulke grenzen aan te lopen, net als ministers. Toch vraagt de motie van Amersfoort2014, SP, Lijst Molenkamp en Burger Partij Amersfoort om deze beperking van de vrijheid van het college. Als er één zaak is waarbij de raad een vinger in de pap moet willen hebben, is het wel een dossier dat de stad met tientallen miljoenen aan kosten kan opzadelen. Toch valt te verwachten dat de wethouders Hans Buijtelaar en Jan Willem Stegeman met het tegenargument komen dat een raadsuitspraak overbodig is, te vroeg komt of te veel vooruitloopt op dingen die nog moeten gebeuren. Zo wacht de raad al zes weken op een overzicht van de gemeentelijke advocaten over de juridische status van de eindbeslissing in de arbitrage.
Ongeschonden naar de eindstreep
En als de raad dan toch bepaalt dat er politieke rugdekking nodig is voor de volgende stap, hoe weten de partijen dan of zij wel de juiste beslissing nemen? In de gemeentepolitiek is deskundigheid ongelijk verdeeld: ambtenaren en wethouders werken de hele dag aan hun dossiers, raadsleden controleren de macht in deeltijd. Het is niet gek dat de meeste voorstellen van het college ongeschonden de eindstreep halen; er is zelden een doortimmerd alternatief beschikbaar.
Zie daar geslepen motie 2, die de gemeenteraad een eigen juridisch adviseur laat inhuren, vergezeld van een uit politici samengestelde begeleidingscommissie. Dit heeft veel weg van een parlementaire enquête, maar hier gaat het dan om een ‘parlementaire’ ingreep die op een besluit vóóruitloopt in plaats van achteraf lessen te trekken.
Comfortabel
De gemeenteraadsfracties van de coalitie hebben het er zwaar mee. Beschermen ze de vrijheid tot handelen van hun wethouders en stemmen ze de moties weg, dan is dat ook een signaal dat het college voort kan gaan op de weg die het decennialange conflict met Vahstal heeft versterkt. Het is comfortabel voor coalitiefracties om wethouders de ruimte te geven, maar in deze zaak kan dat een boemerangeffect hebben. Als het college besluit dat er nog van alles aan te vechten valt, blijft de teller van de wettelijke rente van 8 procent op de schadevergoeding tikken. Wie moet er dan over één, twee of vijf jaar verantwoording afleggen als de stad opnieuw verliest?
Steunt een coalitiefractie de oproep terwijl de andere tegenstemmen, dan kost dat politiek krediet. Kan de hele coalitie voorstemmen zonder gezichtsverlies te lijden? Lastig, want eerdere pogingen van de BPA om een richting aan te geven, kregen bij hetzelfde gezelschap geen gehoor.
Erkenning
De fijnste oplossing voor dat dilemma zou zijn dat Buijtelaar en Stegeman in elk geval de eerste motie omarmen en beloven elk besluit eerst naar de raad te brengen. Dat is enerzijds te zien als het verwijderen van de angel, anderzijds een schoorvoetende erkenning dat er de afgelopen jaren een en ander fout is gegaan. Plus het openen van de zaak-Vahstal voor politieke afwegingen en onderhandelingen. Dat is niet meer voorgekomen sinds de laatste overeenkomst met de bouwer en ontwikkelaar uit 2005, toen de raad één onderdeel van het akkoord niet wilde accepteren – en later via de juridische weg toch knarsetandend Vahstals DekaMarkt aan de Ierse Pond in Vathorst moest accepteren.
Tijd is niet de vriend van Amersfoort, is in de zaak-Vahstal keer op keer bewezen. Voor de BPA is die ervaring zelfs een reden om haast te maken, blijkt uit een derde motie die deze fractie alleen heeft ingediend. Daarin is er geen tijd meer voor het raadplegen van experts, de BPA probeert voor de tweede keer de raad dezelfde uitspraak te laten doen als de wederpartij. Vahstal accepteert de eindbeslissing, laat Amersfoort dat dan ook doen, redeneert de fractie.
Die al te gedurfde motie gaat het vast niet halen, al was het alleen maar omdat weinig fracties de BPA iets gunnen. Amersfoort gaat nog even de tijd nemen voor de volgende stap in de zaak-Vahstal, zelfs als de twee oppositiemoties worden aangenomen. Politieke zeggenschap over de acties van het college kost ook tijd. Alweer een dilemma voor gemeenteraadsleden die dit dossier onder controle willen krijgen.