Vorig jaar kwam de Global Preparedness Monitoring Board (GPMB), onderdeel van de Wereldgezondheidsorganisatie, met een belangrijke waarschuwing. De wereld zou namelijk niet goed voorbereid zijn op de zeer reële kans dat een dodelijke pandemie zich over de planeet zou verspreiden die miljoenen mensen het leven zou kosten, economieën zou ontwrichten en de nationale veiligheid zou destabiliseren. De Raad riep op tot dringende maatregelen. Maar de wereld luisterde niet. En daar plukken we nu helaas de rotte vruchten van.
De Raad laat zich in een nieuw rapport hard uit over de manier waarop leiders hebben omgesprongen met de uitbraak van de coronacrisis. In het rapport noemen ze dat landen ‘collectief hebben gefaald om voorzorgsmaatregelen, de nodige paraatheid en handelingen serieus te nemen en dienovereenkomstig prioriteiten te stellen’. In veel landen hebben leiders moeite gehad om vroegtijdig beslissende maatregelen te nemen op basis van wetenschap, bewijs en ervaringen. Dit heeft geleid tot een diepgaand en steeds groter wordend tekort aan vertrouwen. “Transparantie en verantwoording zijn essentieel bij de reactie op de COVID-19-pandemie,” zegt Elhadj As Sy, lid van de GPMB. “Vertrouwen is de basis voor de relatie tussen de overheid en de gemeenschap. Maar dat vertrouwen is geschaad wanneer regeringen en leiders hun verplichtingen niet nakomen.”
Wie denkt dat de pandemie een definitief einde heeft gemaakt aan de conflicten en problemen die mensen in 2019 nog al dan niet in een geel hesje of gewapend met spandoeken en protestborden de straat op dreven, heeft het hoogstwaarschijnlijk mis. Afgaand op de geschiedenis mogen we namelijk verwachten dat de pandemie – die maatschappelijke onrust die niet direct samenhangt met COVID-19 zelf, lijkt te hebben uitgedoofd – dienst doet als een rijke voedingsbodem waaruit – als alles achter de rug is – nieuwe maatschappelijke onrust voortkomt. En die onrust zal op agressievere wijze tot uiting komen dan we voor de pandemie gewend waren.
Onderzoekers trekken die conclusie nadat ze 57 grote epidemieën bestudeerden die de mensheid tussen de Zwarte Dood en de Spaanse Griep troffen. Tijdens slechts vier epidemieën was er sprake van opstanden die niet direct verband hielden met de woedende infectieziekte. Het onderschrijft het idee dat de acute crisissituatie andere problemen of conflicten verdringt, iets wat we nu dus ook zien gebeuren. Maar tegelijkertijd sluimerde de maatschappelijke onrust – ondanks dat deze niet tot uiting komt in de vorm van demonstraties of protestmarsen – tijdens veel van de bestudeerde epidemieën wel door. En ook de pandemie zelf leidt tot frictie.
De geschiedenis voorspelt weinig goeds voor de periode na de pandemie van 2020. Maar historicus Roberto Censolo, wil daar wel een belangrijke kanttekening bij plaatsen. “De geschiedenis biedt ons geen deterministische analogieën voor de toekomst.” In andere woorden: het is ook afgaand op al die historische feiten geen gegeven dat deze pandemie ook leidt tot meer en agressievere vormen van maatschappelijke onrust. Tegelijkertijd is het echter ook verre van ondenkbaar dat dat gaat gebeuren. “De menselijke aard is door de geschiedenis heen niet veranderd,” zo vertelt Censolo aan Scientias.nl. “De angst en onzekerheid die een epidemie met zich meebrengt, genereren vandaag de dag nog dezelfde emotionele en psychologische reactie als tijdens de uitbraken in het verleden. Daarom kan de geschiedenis ons ook zoveel leren over COVID-19. Vanaf de Middeleeuwen tot nu zien we vergelijkbare fenomenen. We zien in veel epidemieën uit het verleden dat men twijfelt aan de ernst van de ziekte, dat er complottheorieën ontstaan omtrent het virus en overheden en dat er discriminerende verklaringen voor de epidemie worden omarmd. Daarom denk ik dan ook dat COVID-19 net zoveel potentie heeft om tot sociale onrust te leiden als de epidemieën uit het verleden.”
De wereldwijde wetenschappelijke medische gemeenschap heeft al vele jaren ervaring met airborn virussen en Corona virussen in het bijzonder. Het is dan ook zorgelijk dat veel van de bewezen succesvolle maatregelen niet of veel te laat zijn genomen en dat er nauwelijks gebruik gemaakt wordt van de verworven kennis in Nederland. Ook nu nog verschuilt een besluiteloze overheid zich achter panels van wetenschappers van het OMT en het RIVM. Deze adviesgroepen gaan wetenschappelijk gedegen, maar daardoor zeer conservatief te werk. Ondertussen ziet ieder weldenkend mens dat zij het zwarte garen uitvinden, terwijl het witte al bestaat. Daardoor neemt dus niet alleen het vertrouwen in de politiek verder af, maar speelt deze overheid ook met de stabiliteit van onze maatschappij als geheel. Juist in crisistijd hebben burgers behoefte aan een duidelijke boodschap met visie en perspectief, maar ook consistent beleid van hun politieke leiders, ook al is nog niet alles 100% duidelijk. De overheid faalt hierin keer op keer en lijkt helaas nog niet te leren van haar fouten.
Bronnen